dot

als woordenboektrefwoord:

dot:
v. (-ten), verwarde bos; dun lapje met iets zoets er in gebonden.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

dot (zn) :
lieveling, liefje, schatje
dot (zn) :
knot, knoedel, haarknoet
dot (zn) :
schat, snoepje, pracht
dot (zn) :
knot, pluk, toef
dot (zn) :
bundel, hoop

als synoniem van een ander trefwoord:

hoop (zn) :
lading, hoeveelheid, vracht, berg, massa, troep, menigte, stelletje, boel, bom, zooi, tas, bende, stapel, klomp, partij, schep, kluit, schaar, heleboel, ophoping, kwak, bulk, gros, belt, schare, veelheid, zwik, dot, zootje, opeenhoping, trossel, schelf, resem
bundel (zn) :
kwast, bos, pak, spullen, bagage, knot, wis, schoof, dot, bussel
lieveling (zn) :
lieverd, schat, snoes, bout, dot, sweetheart, schatje, darling
pluk (zn) :
bosje, handvol, toef, dot, plok
knot (zn) :
bol, bal, kluwen, dot
frommel (zn) :
prop, dot

woordverbanden van ‘dot’ grafisch weergegeven

in de Woordenlijst onnodig Engels:

dot  zn.:
stip, punt

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord
werkwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0024 c