harpij

als woordenboektrefwoord:

harpij:
v. (-en), boze vrouw.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

harpij (zn) :
heks, feeks, helleveeg

als synoniem van een ander trefwoord:

feeks (zn) :
heks, tang, wijf, haaibaai, helleveeg, serpent, duivelin, xantippe, megera, harpij, karonje
tang (zn) :
kreng, draak, heks, feeks, furie, haaibaai, helleveeg, serpent, xantippe, harpij, karonje
helleveeg (zn) :
draak, heks, tang, secreet, feeks, furie, serpent, duivelin, xantippe, harpij
duivelin (zn) :
slang, feeks, furie, helleveeg, serpent, harpij
ka (zn) :
tang, feeks, haaibaai, kenau, dragonder, harpij
furie (zn) :
feeks, helleveeg, duivelin, Erinyen, harpij

woordverbanden van ‘harpij’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0027 c