kleinzielig
als woordenboektrefwoord:
- kleinzielig:
- bn. bw. enghartig.
als trefwoord met bijbehorende synoniemen:
- kleinzielig (bn) :
- kinderachtig, pietluttig, pietepeuterig, benepen
- kleinzielig (bn) :
- laf, kleingeestig, benepen, enghartig
als synoniem van een ander trefwoord:
- benepen (bn) :
- kortzichtig, bekrompen, burgerlijk, pietluttig, kleingeestig, kleinzielig, kleinburgerlijk, ingevallen, huisbakken, armhartig
- kleingeestig (bn) :
- eng, min, bekrompen, burgerlijk, pietluttig, kleinzielig, benepen, mesquin, kleinsteeds, geborneerd
- pietluttig (bn) :
- kleingeestig, kleinzielig, pietepeuterig, peuterig, benepen, keutelig, keutelachtig
- zielig (bn) :
- bekrompen, kleinzielig
woordverbanden van ‘kleinzielig’ grafisch weergegeven
in Charivarius' Een Ander Woord (1945):
- bekrompen:
- eng(hartig), kortzichtig, klein, kleinzielig, kleingeestig, kleinsteeds, huisbakken, benepen, pietluttig, maltentig, eenzijdig
- kleinzielig:
- bekrompen
bij andere sites:
synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
overige:
debug info: 0.0017 c
