loeien

als woordenboektrefwoord:

loeien:
(geloeid), geluid geven (van runderen) ; geluid maken (van de wind).

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

loeien (ww) :
zingen, huilen, gieren, brullen, bulken

als synoniem van een ander trefwoord:

klagen (ww) :
mopperen, grommen, huilen, brommen, mekkeren, piepen, knorren, loeien, jammeren, kermen, zaniken, weeklagen, jeremiëren, lamenteren, mommelen, mummelen, urmen
schreeuwen (ww) :
gillen, huilen, brullen, roepen, balken, janken, loeien, krijten, krijsen, snateren, schreien, bulken, blèren, schetteren, kijven, een grote bek opzetten
huilen (ww) :
tranen, brullen, snikken, snotteren, janken, loeien, krijten, wenen, kermen, jengelen, schreien, blèren, grienen, drenzen
weeklagen (ww) :
klagen, loeien, jammeren, kermen, jeremiëren, lamenteren
briesen (ww) :
snuiven, brullen, loeien, razen, tekeergaan, zieden
brullen (ww) :
schreeuwen, loeien, bulderen, briesen
gieren (ww) :
gillen, huilen, janken, loeien
bulken (ww) :
loeien

woordverbanden van ‘loeien’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0027 c