schijnheilig

als woordenboektrefwoord:

schijnheilig:
bn. bw. (-er, -st), vroom in schijn.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

schijnheilig (bn) :
hypocriet, vals, stiekem, huichelachtig, geveinsd, schijnvroom, hypocritisch, farizees, bigot

als synoniem van een ander trefwoord:

stiekem (bn) :
geheimzinnig, geniepig, achterbaks, onderhands, gluiperig, schijnheilig, heimelijk, huichelachtig, slinks, genieperig, arglistig, onderduims
huichelachtig (bn) :
hypocriet, vals, gluiperig, schijnheilig, onoprecht, dubbelhartig, geveinsd
farizees (bn) :
hypocriet, schijnheilig, huichelachtig, farizeïsch
hypocriet (bn) :
vals, schijnheilig, huichelachtig, geveinsd
uitgestreken (bn) :
onbewogen, strak, schijnheilig, effen
braaf (bn) :
onwetend, schijnheilig, argeloos
bigot (bn) :
schijnheilig, kwezelachtig
zoetsappig (bn) :
schijnheilig

woordverbanden van ‘schijnheilig’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

schijnheilig
eerlijk, loyaal, oprecht, waarachtig

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.002 c