N.B. De resultaten hieronder komen van derde partijen. Zie ook resultaten uit onze eigen synoniemendatabank voor kreuken.
kreuken (ww):
foeken(nl) —., frommelen(nl) —., kreukelen(de) transitiv: etwas in der Hand oder durch falsche Lagerung zerdrücken, zerknittern., verfrommelen(de) transitiv: etwas in der Hand oder durch falsche Lagerung zerdrücken, zerknittern., verkreukelen(de) transitiv: etwas in der Hand oder durch falsche Lagerung zerdrücken, zerknittern., verkreuken(de) transitiv: etwas in der Hand oder durch falsche Lagerung zerdrücken, zerknittern.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com