N.B. De resultaten hieronder komen van derde partijen. Zie ook resultaten uit onze eigen synoniemendatabank voor tuigen.
tuigen (ww):
inspannen(nl) —.
(fr) attacher des bêtes à un véhicule.
(nl) (ov) (veeteelt) een dier inspannen in een tuig., optuigen(nl) —.
(fr) attacher des bêtes à un véhicule.
(nl) (ov) (scheepvaart) een zeilschip een bepaald tuigage geven., aankleden(nl) —.
(nl) (verouderd) het ergens op aanbrengen van benodigdheden of versieringen., aanvullen(nl) —.
(nl) (verouderd) het ergens op aanbrengen van benodigdheden of versieringen., afwerken(nl) —.
(nl) (verouderd) het ergens op aanbrengen van benodigdheden of versieringen., gereedmaken(nl) —.
(nl) (verouderd) het ergens op aanbrengen van benodigdheden of versieringen., opsieren(nl) —.
(nl) (verouderd) het ergens op aanbrengen van benodigdheden of versieringen., toerusten(nl) —.
(nl) (ov) (scheepvaart) een zeilschip een bepaald tuigage geven., toetakelen(nl) —.
(nl) (ov) (scheepvaart) een zeilschip een bepaald tuigage geven., toevoegen(nl) —.
(nl) (verouderd) het ergens op aanbrengen van benodigdheden of versieringen., tooien(nl) —.
(nl) (verouderd) het ergens op aanbrengen van benodigdheden of versieringen., bespannen(fr) attacher des bêtes à un véhicule., spannen(fr) attacher des bêtes à un véhicule., voorspannen(fr) attacher des bêtes à un véhicule.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com