N.B. De resultaten hieronder komen van derde partijen. Zie ook resultaten uit onze eigen synoniemendatabank voor vanzelfsprekend.
vanzelfsprekend (bw):
natuurlijk(nl) —.
(en) surely.
(fr) Évidemment, avec évidence, certainement..
(nl) iets dat geen verdere uitleg nodig heeft., allicht(nl) —.
(nl) iets dat geen verdere uitleg nodig heeft., uiteraard(en) surely.
(fr) Évidemment, avec évidence, certainement.., overduidelijk(en) in an obvious manner; clearly apparent., tuurlijk(en) surely.
vanzelfsprekend (bn):
wiedes(nl) —., natuurlijk(de) adverbial: bestimmt, unbedingt, mit Sicherheit.
(de) selbstverständlich, klar.
(de) ohne Weiteres verständlich, sich aus dem Zusammenhang ergebend., uiteraard(de) adverbial: bestimmt, unbedingt, mit Sicherheit.
(de) selbstverständlich, klar.
(de) ohne Weiteres verständlich, sich aus dem Zusammenhang ergebend.
vanzelfsprekend (Adverb):
natuurlijk(de) adverbial: bestimmt, unbedingt, mit Sicherheit., uiteraard(de) adverbial: bestimmt, unbedingt, mit Sicherheit.
vanzelfsprekend (particle):
natuurlijk(pl) —., uiteraard(pl) —.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com