pas

als woordenboektrefwoord:

pas:
m. (-sen), tred; smalle doorgang; bergpas ; paspoort.
pas:
o. ogenblik: op dat pas ; gelegenheid : te pas komen; net van pas, niet te groot of te klein, (ook) niet te vroeg of te laat.
pas:
bw. juist, zo-even.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

pas (zn) :
identiteitsbewijs, legitimatie, vergunning, paspoort, vrijbrief, reispas, vrijgeleide, verlofpas, persoonsbewijs, permit, legitimatiekaart, legitimatiebewijs, laissez-passer
pas (zn) :
doorgang, zadel, passage, bergpas, doortocht, engte, col
pas (zn) :
voetstap, gang, stap, schrede, tred
pas (zn) :
pasje, betaalpas, bankpas, giropas
pas (zn) :
pass
pas (bn) :
op maat, passend
pas (bn) :
waterpas
pas (bw) :
zojuist, net, onlangs, nauwelijks, juist, recentelijk, zo-even, kortelings
pas (bw) :
eerst, nog maar, maar, slechts
pas (bw) :
echt

als synoniem van een ander trefwoord:

gang (zn) :
schot, vaart, voortgang, gangetje, koers, loop, evolutie, richting, pas, stroming, ontwikkeling, tempo, beweging, verloop, snelheid, beloop, vaartje, tred, rijsnelheid, vaarsnelheid, demarche
laissez-passer (zn) :
pas, vrijgeleide, vervoerbiljet, geleibriefje
stap (zn) :
voetstap, pas, trede, schrede, tred, schred
tred (zn) :
voetstap, gang, loop, pas, stap, schrede
legitimatiebewijs (zn) :
pas, paspoort, identiteitskaart
trede (zn) :
pas, stap, schrede
poort (zn) :
doorgang, pas
doorgang (zn) :
pas
zadel (zn) :
pas
gelijk (bn) :
glad, pas, egaal, vlak, effen
juist (bw) :
zojuist, pas, daarnet, zonet, zo-even, daarjuist
net (bw) :
amper, pas, nauwelijks, kersvers, zo-even
onlangs (bw) :
pas, laatst, recentelijk, kortelings
laatst (bw) :
recent, pas, onlangs, jongst, lest
zo (bw) :
pas, even, aanstonds, zo-even
maar (bw) :
enkel, pas, slechts
eerst (bw) :
pas, slechts
slechts (bw) :
eerst, pas

woordverbanden van ‘pas’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

pas
al, reeds

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord
bijwoord / bijvoeglijk naamwoord
werkwoord

zie ook:

bij andere sites:

in het Verwarwoordenboek van Jan Renkema:
synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0024 c