afgezaagd

als woordenboektrefwoord:

afgezaagd:
bn. bw. (-er, -st), tot vervelens toe gebruikt.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

afgezaagd (bn) :
versleten, verouderd, oud, gewoon, melig, flauw, alledaags, passé, oudbakken, clichématig, zouteloos

als synoniem van een ander trefwoord:

oud (bn) :
bejaard, klassiek, versleten, van vroeger, op leeftijd, antiek, grijs, afgezaagd, degelijk, ouderwets, belegen, gammel, oudbakken, afgeleefd, archaïsch, bedaagd
flauw (bn) :
smakeloos, melig, laf, afgezaagd, vervelend, zoutloos, halfslachtig, zouteloos, geesteloos
verouderd (bn) :
achterlijk, afgezaagd, ouderwets, gedateerd, passé, achterhaald, uit de tijd
geesteloos (bn) :
smakeloos, dom, flauw, leeg, afgezaagd, futloos, duf, onbezield, zouteloos
banaal (bn) :
plat, afgezaagd, onbenullig, ordinair, alledaags, vulgair, triviaal
triviaal (bn) :
plat, laag, afgezaagd, vulgair, banaal, platvloers
clichématig (bn) :
voorspelbaar, afgezaagd, platgetreden
versleten (bn) :
cliché, afgezaagd, alledaags, banaal
conventioneel (bn) :
afgezaagd, karakterloos
dor (bn) :
afgezaagd, nietszeggend
oubollig (bn) :
afgezaagd, ouderwets

woordverbanden van ‘afgezaagd’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

afgezaagd
oorspronkelijk, origineel

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0027 c